Statenvertaling
Saul dan zeide tot Jónathan: Geef mij te kennen, wat gij gedaan hebt. Toen gaf het Jónathan hem te kennen, en zeide: Ik heb maar een weinig honigs geproefd, met het uiterste des stafs, dien ik in mijn hand had; zie hier ben ik, moet ik sterven?
Herziene Statenvertaling*
Saul zei tegen Jonathan: Vertel mij wat je gedaan hebt. Toen vertelde Jonathan het hem, en zei: Ik heb maar een beetje honing gebruikt met de punt van de stok die ik in mijn hand had; zie, hier ben ik, moet ik sterven?
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Saul zeide tot Jonatan: Deel mij mee, wat gij gedaan hebt. Toen deelde Jonatan het hem mee en zeide: Ik heb inderdaad met de punt van de stok die ik in mijn hand had, een weinig honig geproefd. Hier ben ik: ik ben bereid te sterven.
King James Version + Strongnumbers
Then Saul H7586 said H559 to H413 Jonathan, H3083 Tell H5046 me what H4100 thou hast done. H6213 And Jonathan H3083 told H5046 him, and said, H559 I did but taste H2938 - H2938 a little H4592 honey H1706 with the end H7097 of the rod H4294 that H834 was in mine hand, H3027 and, lo, H2009 I must die. H4191
Updated King James Version
Then Saul said to Jonathan, Tell me what you have done. And Jonathan told him, and said, I did but taste a little honey with the end of the rod that was in mine hand, and, lo, I must die.
Gerelateerde verzen
Jozua 7:19 | Jona 1:7 - Jona 1:10 | 1 Samuël 14:27